Nationaal Bodemtraineeship versnelt ontwikkeling
‘Wie
ben ik, wat wil ik, wat kan ik? Dat zijn de vragen waarop we in de twee jaar
tijd die het bodemtraineeship duurt, antwoord proberen te vinden. De net aan
HBO of WO afgestudeerden werken in die periode vier dagen per week bij een
organisatie in het werkveld van bodem en ondergrond. De vijfde dag is de
traineedag die bestemd is voor persoonlijke ontwikkeling en projecten’, vertelt
Sannah Nagelkerken, programmamanager bij het Nationaal Bodemtraineeship.
Sannah Nagelkerken –
eigen foto
‘Het
idee van het Bodemtraineeship ontstond vanuit een verkenning – waar het Uitvoeringsprogramma
Bodem en Ondergrond aan mee deed – naar de behoefte van het werkveld. Naar
welke jonge professionals wordt gezocht? En de behoefte in het algemeen aan
meer jonge mensen – door vergrijzing. Dit kon makkelijk worden ontwikkeld door
het succesvolle Nationaal Watertraineeship. Dat leidde tot een vergelijkbaar
programma voor de bodem en ondergrondwerkveld. Dit Nationaal Bodemtraineeship
bestaat nu vier jaar en mag even succesvol worden genoemd’. Aan het woord is
Sannah Nagelkerken, programmamanager bij het Nationaal Bodemtraineeship.
‘Tijdens de traineedagen bieden we de bodemtrainees een Persoonlijk
Leiderschaps Programma (PLP) aan. Het is gericht op persoonlijke ontwikkeling,
waarbij thema's als samenwerking, communicatie en, vrij recent, vitaliteit
voorbij komen. Samen met het Watertraineeship volgen zo’n honderd HBO of WO
afgestudeerden dit traject. Zij zijn allen werkzaam binnen het werkveld, de een
bij een universiteit, de ander bij een bedrijf, en weer een ander bij een
overheid’.
Persoonlijke
begeleiding
‘Het
PLP-programma bestaat uit trainingen, coaching en intervisie’, vervolgt Sannah.
‘Elke trainee heeft een persoonlijke coach en wordt daarnaast ook op de
werkvloer begeleid. Gezamenlijk wordt een Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP)
opgesteld. Het doel: versnelling te geven aan de eigen ontwikkeling. De
trainees zich sneller comfortabel te laten voelen op hun werkplek. Want wanneer
je iets leuk vindt, kost dat minder energie’. Dat kan, geeft Sannah aan, ‘ook
betekenen dat een trainee op zoek gaat naar een andere werkplek, in- of extern.
“Waar voel ik mij goed” is de essentiële vraag’, te onderbouwen met het
plaatsen van een stip op de horizon. Wat zijn jouw ambities? En passen die
jou?’
Verbreding en
verdieping
Als
programmamanager volgt Sannah uiteraard ook de ontwikkelingen binnen het
vakgebied. ‘Je ziet de laatste jaren een duidelijke verbreding binnen het
werkveld. Actuele thema’s als de klimaatvraagstukken laten duidelijk hun sporen
na. Dat geldt ook voor maatschappelijke opgaven, bijvoorbeeld rond de landbouw.
En daarnaast vindt een letterlijke verdieping plaats, en dienen onderwerpen als
geothermie zich aan’. Wat ze tegelijk ook constateert is dat veel kennis over
bodem en ondergrond aan het verdwijnen is. Deels door vergrijzing, deels door
vervanging tijdens eerdere economische recessies. ‘Ik zie een gat tussen
junioren en senioren. De medioren ontbreken. Dat is zorgelijk, omdat de
senioren aan het verdwijnen zijn. Dus waar aan de ene kant het vakgebied
aantrekkelijker moet worden gemaakt voor jonge mensen, die nog over hun
toekomst aan het nadenken zijn, moet ook hun ontwikkeling en begeleiding binnen
het vakgebied voldoende geborgd worden. Meer aandacht, meer bekendheid hoe
belangrijk bodem en ondergrond voor ons leven is. En daar hebben we jonge
mensen voor nodig’. Het Nationaal Bodemtraineeship richt zich daarom bij
uitstek op kennisdoorwerking en kennisdelen, ‘nauw aansluitend bij het gedachtengoed
van het Uitvoeringsprogramma Bodem en Ondergrond’. ‘En’ benadrukt zij, ‘dat
geldt voor alle lagen van kennis en kunde, met daarbij een zo groot mogelijk
mate van diversiteit, want dat is de kracht en de duurzaamheid van het
programma.’
Kijk hier voor meer informatie en aanmelden.