Scheidend voorzitter Programmaraad: ‘Zorg voor verbinding’
Jos Theeuwen – eigen
foto
Pijn in het hart
Vijf
jaar lang is Jos Theeuwen voorzitter van de Programmaraad Bodembeheer geweest,
wanneer hij eind dit jaar het stokje aan een opvolger overdraagt. Zijn
dagelijkse werk bij RIVM vraagt teveel tijd en aandacht om voldoende
beschikbaar te zijn, heeft hij moeten vaststellen. ‘Met pijn in mijn hart, want niet alleen die
functie, maar SIKB zelf is toch ook mijn kindje’. Jos Theeuwen was ruim 20 jaar
geleden een van de oprichters van SIKB en werd in 2015 door bestuursvoorzitter
Arie Deelen gevraagd de Programmaraad te gaan leiden. ‘Die Raad was toe aan een
doorstart, een vernieuwingsslag’, vertelt hij. ‘Het was gaandeweg teveel een
luisterend oor voor het bestuur geworden, en te weinig een gremium met een
eigen agenda en een eigen mening. En juist daar was het voor bedoeld’.
Flink blazen
‘Als
eerste zijn we de deuren gaan openzetten en eens flink gaan blazen. Wie zitten
er in deze Programmaraad en met welke
drijfveren. Hebben de leden voldoende voeling met hun achterban? En, vooral,
zijn zij in staat om telkens weer met elkaar een open gesprek aan te gaan, om
over een eventuele eigen schaduw heen te kunnen stappen? Niet om tegengestelde
standpunten in een verwaterd compromis bijeen te brengen, want zwart en wit
wordt grijs en daar zit niemand op te wachten. De Programmaraad is geen podium
om het eigen gelijk te halen. Waar het om gaat is om op strategisch en
beleidsmatig niveau aandachtspunten te kunnen signaleren en daar het bestuur
zowel gevraagd als ongevraagd op te kunnen attenderen en te kunnen adviseren.
Vakinhoudelijk – het werkgebied bodem en water –, maar ook op het vlak van
bijvoorbeeld de governance. Hoe reilt en zeilt SIKB als groeiende
publiek-private organisatie en hoe zorg je ervoor dat we voldoende slagkracht
houden in de veranderende wereld van bodem en ondergrond?’
Positief kritisch
De
doorstart leidde tot veel minder leeswerk voor de leden van de programmaraad en
veel meer en veel intensere discussies, constateert Jos Theeuwen tevreden. ‘De
positief kritische houding ten opzichte van het SIKB bestuur is sterker
geworden en dat is voor iedereen winst. Zo kijken we ook op een constructieve
wijze naar de onderlinge rollen. Bijvoorbeeld die van het CCvD als, cruciaal
onderdeel binnen de SIKB organisatie. Toen we het gevoel kregen dat binnen het
college niet alleen meer inhoudelijke argumenten, maar soms ook politiek
gekleurde redenaties een rol konden gaan spelen, hebben we aan de bel
getrokken. Op een wijze die voor iedereen acceptabel was’.
Verjonging en
verbinding
Voor
zijn vertrek heeft Jos Theeuwen, naast
tijdgebrek, ook een andere reden. ‘Ik vind dat je ervoor moeten waken dat je
door te lang op een stoel te blijven zitten een soort regent wordt. Vernieuwing
en verjonging zijn zo ontzettend belangrijk. Zowel voor de voorzittersstoel van
de Programmaraad, als voor de leden ervan. En dat geldt ook voor het bestuur en
andere SIKB onderdelen. Alom moet worden opgepast voor vergrijzing. Jonge
mensen moeten tijdig de kans krijgen en worden uitgedaagd een rol te gaan
spelen in dit soort gremia’.
‘Daarnaast’
zegt hij, ‘zie ik in mijn dagelijkse werk hoezeer de bodemwereld nog
versnipperd is. Het draait niet alleen om de milieu-hygiënische kant van de
bodem. Zaken als bodemvruchtbaarheid en biodiversiteit zijn minstens zo
belangrijk. LNV kijkt beleidsmatig anders tegen de bodem aan dan I&W. Het
is de uitdaging om beide bodemwerelden met elkaar te verbinden. En daar kan
SIKB een bijdrage aan leveren.’